Dennis de Freytas kwam zondag in de Marathon Eindhoven als snelste Nederlander over de streep. In de stad van zijn hardloopspeciaalzaak genoot hij van de ambiance, ondanks opnieuw hamstringpijntjes en een niet behaald doel. ‘Hoe fris ik heb kunnen finishen, geeft veel vertrouwen.’
Hoe kijk je nu, een aantal dagen later, terug op je marathon in Eindhoven?
‘Vaak kijk ik na even nagenieten en analyseren weer snel vooruit, zeker als het beoogde doel nog niet is behaald zoals afgelopen zondag. Het niet behalen van een doel motiveert juist extra om er harder/slimmer voor te werken. Het maakt je extra gebrand. Het kan niet altijd lukken, maar zodra het uiteindelijk wel lukt, maakt dat het moment extra mooi. Ik heb in Eindhoven vooral genoten van de sfeer/ambiance in de stad en het was tof om met heel wat lopers de weg naar de marathon toe te beleven. Ik trainde niet alleen voor dat moment, maar ook voor de vele momenten die nog zullen volgen. Het was in ieder geval weer een nette marathon, die ik vooralsnog ongeschonden lijk te hebben doorstaan. Na een dag looprust, gevolgd door een rustige duurloop, zit de eerste tempotraining er ook alweer op. De benen zijn onrustig en kriebelen weer om op pad te gaan, maar ik doe vooral erg voorzichtig in de week/weken na de marathon. De vermoeidheid kan er insluipen en de weerstand is wat lager. Het is goed om zowel fysiek als mentaal weer op te laden om een volgende trainingscyclus in te gaan.’
Kun je ons globaal meenemen door die race heen? Wat waren sleutelmomenten?
‘Halverwege kwamen we in een groepje van vier man door in 1:11.22, wat ruim 50 seconden boven het geplande schema was. Hoewel het nog heel comfortabel liep, wist ik dat het lastig zou worden om een scherpere tijd neer te zetten. Het was prettig om tijdens de race te kunnen communiceren met Jack van Avendonk, mijn trainer, en onderweg het strijdplan aan te passen. Na de doorkomst op de halve marathon besloot ik om op dat moment niet te gaan versnellen om te voorkomen de tweede helft (met wat wind tegen) solo te lopen. Rond 32 kilometer voelde ik de bekende rechterhamstring lichtjes opkomen, waarna ik heb besloten om de race de laatste kilometers zoveel mogelijk tempo te blijven behouden en niets te forceren.’
Verder lezen
bron: hardloopnetwerk.nl